24 nov 2017 Fotoverslag Nieuw Caledonie

Net voor we toekwamen in Nieuw Caledonia passeerden we op ongeveer 5 mijl voorbij Durand reef, en daar lag blijkbaar een schip:

AIS (Automatic Identification System) geeft details van een andere boot via de VHF signalen. Deze status (aground) hadden we nog nooit tegengekomen

Hier zijn de details van de Kea Trader. Blijkbaar leest niet iedereen de kaart terwijl hij vaart…

De paarse lijn op de kaart hierboven is hoe we gevaren hebben. Rechts (niet op de kaart is Fiji). We vermijden mooi alle kruisjes op de kaart: rotsen, al dan niet onder water op een diepte van minder dan 10 meter. Zo zie je dat Durand Reef gerapporteerd is in 1886 en eigenlijk een onderwater berg is want rondom is de zee 574m diep.

We vaarden onder de punt van Nieuw Caledonie, in de lagoon, naar de westkant om in te klaren in Noumea. Daarna gingen we in de Lagoon zuidoost en zuidelijk (zigzag) naar Isle des Pins. Daarna NO buiten de lagoon om de Loyaute eilanden te bezoeken: Mare, Lifou, Ouvea. En dan via de lagoon bezochten we het oosten en zuiden van Grande Terre, terug naar Noumea.

In afwachting van het bezoek van onze dochter Hannah en onze kersverse schoonzoon Wence in Noumea, haalt Ilse het bleekwater en de azijn boven in de bikkelharde strijd tegen de schimmel. Ilse wint altijd, maar het kost veel zweet.
Op een lokaal marktje in Noumea, hoofdstad van NC. Deze bezoekende groep was van het eiland Futuna, en kon ons best charmeren.
We bezochten het cultureel centrum Tjibaou van NC, gebouwd door dezelfde architect als van het centre Pompidou in Parijs.
Hannah en Wence op het eiland “Isle des pins”, deel van N. Caledonia. Vanwege wind op kop heeft het ons wel wat moeite gekost om er te geraken, maar de aanhouder wint. Niemand was (erg) zeeziek.
Cruiseship meert aan op Isle des Pins: de traditionele klederdracht en gezangen worden uit de kast gehaald voor de ontvangst van de vermogende bezoekers. En Sanuk deelt mee in de vreugde.
Ilse op isle des Pins. In de achtergrond een voorbeeld van de karakteristieke dennebomen. Zeer groot, rechte stam en vele kleine zijtakjes.
Op het eiland Lifou hebben we enkele grotten bezocht. Deze worden uitgesleten uit het koraal en kunnen groot zijn.
Nog een grot, enkele honderden meters lang. “Enkel met gids te bezoeken” stond er op een bordje aan de ingang. Maar we waren er gans alleen en mochten zelf onze weg zoeken. In het stikkedonker. Spannend en leuk.

 

Op een eilandje (Kouaré) in de lagoon van NC zat het vol met zeeslangen. Giftig maar niet gevaarlijk want ze zijn mensenschuw en kunnen hun bek niet ver opensperren… We hadden deze diertjes al tegengekomen tijdens onze duik in Niue.
Hannah en Wence proberen onze nieuwe kano uit die we in Fiji hebben gekocht. Goedgekeurd!
Traditionele hut op het eiland Mare. Dit is een mooi onderhouden exemplaar en er zijn er nog veel in gebruik.
Liefde is… samen op het strand van Lifou
Onderweg van Mare naar Lifou. Een mooie yellowfin tuna aan de haak. We hebben ervan gesmuld!

Na een leuke drie weken samen, zijn Hannah en Wence terug vertrokken. Het duurde een tweetal dagen voor we terug op onze plooi waren, terug met ons tweetjes. We vaarden door naar het eiland Ouvea, een grote lagoon.

Het eiland Ouvea, met de kerk van het dorpje Mouly. Terug die karakteristieke dennebomen.

 

Sanuk voor de ondiepe kust van Ouvea, aan de kant van de lagoon. Blauw in al zijn schakeringen vanwege de weerkaatsing op het zand. Sanuk ligt in twee meter water, geen koraalhoofd te zien.
Les Falaises de Lekiny: Ouvea is een half verzonken lagoon van zo een 20km doormeter. Daarom zijn er aan de oostkust hoge koraalrotsen, en aan de westkust stroken waarbij het koraal volledig in de zee is gezakt en de lagoon naadloos overgaat in de zee.
Sanuk ligt op een eenzame maar zeer toffe plek in de lagoon van Ouvea.
De kaas wordt letterlijk van tussen mijn tenen gegeten.
Op terugweg van Ouvea naar het vasteland (Grand eTerre) vangen we een Wahoo (of Tazar in het frans) : vis met de hondetanden. Ik draai hem om terwijl ik wijselijk de bek gesloten hou.

We hebben onze tijd genomen om terug te varen van de oostkant naar Noumea aan de westkant. Na de oversteek zijn we binnen de lagoon van Grande Terre zachtjesaan zuidelijk gevaren, onderweg elke inham en baai aandoend.

Richtingaanwijzers in de baai van Boise. Van dichtbij zien die dingen er toch een stukje groter uit dan vanop het water. De bedoeling is om vanop een boot de twee driehoeken op een lijn te houden en zo de baai onder de juiste hoek in te varen.In tegenstelling tot andere eilanden zoals Fiji en Tonga, zijn de waterwegen in NC zeer goed onderhouden. Als de kaart zegt dat er een boei ligt, dan ligt die er ook, en op de juiste plaats. Hetzelfde kwamen we tegen in Frans Polynesie, duidelijk geen toeval dat deze twee eilandengroepen het best ontwikkeld zijn. Ook het aanbod in de winkels is zoveel groter dan de buureilanden. In 2018 gaat NC stemmen om uit te maken of ze onafhankelijk van Frankrijk willen worden of niet. Het is redelijk duidelijk dat als dit zou gebeuren (weinig kans), ze HEEEEL veel zullen moeten inleveren van hun levensstandaard.

In de Province Sud zijn er veel wandelwegen. Ze zijn uitstekend bewegwijzerd. Hier hebben we net een riviertje overgestoken.
Typische wandelweg door het ertsrijke landschap. NC is wereldwijd tweede producent van nikkel.
Baie de Prony, met in de achtergrond de bergen van het vasteland van NC (Grande Terre genaamd)
zicht op het binnenland van zuidelijk Nieuw Caledonie. Een afwisseling van groene valeien en droge bergen.
Overal vind je rare steensoorten. Hier sta ik in een droge rivierbedding en de stenen zijn pikzwart.
Ilse op de top van de berg die de baai van Prony overziet. Op de achtergrond de vuurtoren.
De baai van Prony. De boot is niet Sanuk, wij liggen verborgen in de volgende inham naar rechts.

Na onze terugtocht naar Noumea zijn we nog een paar dagen in de marina gaan liggen. Voor 30EUR per dag heb je er volop vers water, electriciteit en Wifi. Plus je ligt aan een loopkade, zodat je niet per bootje naar de kant moet. De stad ligt op 5 minuten wandelen.

We hebben de tijd gebruikt om Sanuk op te kuisen en klaar te maken voor zijn winterslaap. Binnenkort wordt het hier cycloonseizoen, en dan leggen we Sanuk op het droge voor een 4 tal maanden. Ondertussen reizen we zelf naar Australie en Vietnam. Ook Birma staat op het lijstje, maar nog niets concreet.