Alle berichten van Stefan Decuypere

2 mei 2016, SAN Christobal, Galapagos

2 mei 2016, Aankomst en bezoek aan SAN Christobal, Galapagos.

Wat ik op voorhand van onze reis nooit had gedacht is dat het onderhouden
van een blog met foto’s zo een moeilijke zaak zou worden. Ik typ dit nu op
mijn iPad, om straks door te sturen via de satteliet (Iridium Go). Nochtans
zie ik op onze WiFi router 75 access points staan, maar allemaal beveiligd.
Dus moeten we naar de kant om foto’s te uploaden en op het internet te
werken. Dat is op zich niet zo erg, ware het niet dat het allemaal tergend
langzaam verloopt, en je dus de gehele dag aan een tafeltje zit, drankje
drinken en wachten op het internet. Vandaar dat internet op de boot, ook al
is het traag, leuk is want je kan tenminste andere dingen doen, zoals
s’nachts slapen en smorgens opstaan met een vernieuwde blog.

Dus vrees ik dat het verslag van de Galapagos, en naar ik hoor ook de
Markiezen in Frans Polynesie karig zal zijn qua foto’s (en hun resolutie).

We liggen hier met 7 zeilboten in Puerto Baquerizo Moreno, op het eerste
van onze 3 eilanden, namelijk San Christobal. Het inchecken verliep
ongeloofelijk snel en vlot, na al de horror verhalen die we gehoord en
gelezen hadden. Ze hebben zelfs de bodem van de boot niet nagekeken op
aanwas (met een duiker en een go-pro camera), al hebben we daar natuurlijk
wel voor betaald. Een bootbezoekje aan de Galapagos is niet goedkoop: 1250
dollar voor een boot en twee personen, goed voor een verblijf tot 60 dagen.
Ze voeren hier een actieve ontradingspolitiek voor zeiljachten, door het
lastig en duur te maken, maar niet voor ons dus (het lastige dan toch).
Waarschijnlijk te danken aan onze ervaren agent, Bolivar Pesantes. We
hadden gehoord van zeiljachten die deel uitmaken van een groep (ARC), dat
ze voor een paar kleine schelpjes op de romp, tot 72 Nm terug in zee
moesten, een professionele duiker de romp laten kuisen en dan terug
inchecken (reken twee dagen en mucho dinero).

Gisteren hebben we de fietsjes en het aanhangwagentje vanop zolder gehaald,
voor een verkenningstocht op het eiland. Ongeveer 1/5 van het eiland is
voorzien van wegen, met een weg van de ene kant naar de andere. En wat een
weg: een ruime tweevaks baan met een gescheiden fietspad, ook met twee
rijstroken. Alles gloednieuw geasfalteerd. De overheid heeft hier geld! In
tegenstelling met wat je zou verwachtten is het eiland niet echt
verschillend van andere toeristische eilanden die we hebben aangedaan: een
klein stadje, vol met hotels en restaurants/cafetaria’s, en eens daarbuiten
een relatief ongerepte natuur (want geen landbouw). Met dit verschil dat er
overal zeeleeuwen liggen: op de dijk, op de zitbanken, op de boten, de
pontons, kortom overal. Je mag ze niet dichter dan twee meter benaderen, en
geloof me, ze weten het. Vanochtend ligt er eentje op ons zwemplatformpje
zijn eigen zelf te wezen, een beetje zoals een zatte chinees: luid boeren,
scheten laten, niezend, blazend,
geeuwend en af en toe eens grof blaffend. Ik moet bekennen dat ik dichter
dan twee meter ben geweest…
Dus zoals gezegd hebben we gisteren gefietst, via de prachtige stijgende
weg, tot aan een oude vulkaan gevuld met zoet water, een 15 km ver. We
hebben gezweet want zoals gewoonlijk zijn we vertrokken wanneer de zon het
hoogst staat, en het was klimmen van het begin tot het einde, ik schat zo
een 750 hoogtemeters. Onderweg nog eens een fruitsapje getankt in een
3-stratendorp El Progresso, en dan terug verder. Het resultaat was mooi,
een meer waar de majesteuze fregatvogels het zout van hun lijf kwamen doen,
een groep witte reigers (egrets) en een paar eenden, een slapend koppel
backpackers, en verder niets. Leuk, we hebben ervan genoten. Gelukkig was
de terugweg 99% bergaf, en hadden we mooie uitzichten op het ruwe
binnenland en de kust van dit eiland.
Onderweg zijn we gestopt in El Progresso om een hapje te eten in een lokaal
restaurant. Het was 16:00 uur, en ze hadden nog twee maaltijden,
gefrituurde kip en soep. Ilse nam de soep met kip, en ik de gefrituurde
kip. Wat een teleurstelling voor mij: koude frieten en ditto kip en een
klein beetje groen. Elk een pintje en een cola en het bedrag was 15$. Dit
was helaas geen uitzondering: het eten in Ecuador is duur en slecht. Dat
hadden we trouwens ook gisterenavond gemerkt bij het bestellen van een
koffie (6$): mierezoet en archi slecht. We kregen het niet binnen… maar
ze hadden wel WiFi.
s’ Avonds hebben we nog een paar uurtjes op een terrasje gezeten (zie
hoger) en dan naar de boot. Daar hebben we nog een heerlijke tas
pompoensoep van het huis gegeten en een filmpje gekeken (Me and Earl and
the dying girl, 2015) Mooi maar triestig. [ Nog van het internet geplukt op
het vasteland, vanaf nu zullen we moeten terugvallen op mijn gelukkig
uitgebreide collectie op schijf (+2400 stuks)]

Vandaag gaan we een wandeling maken naar een strand waar we kunnen zwemmen
met de zeeleeuwen, de neopreen pakken gaan mee, want het water is verdomd
koud hier, rechtstreeks aangevoerd van de zuidpool door de humbold stroming.

En morgen komt onze Meliena op bezoek, we kijken er echt naar uit.